De deelnemingsvrijstelling, het is een term die vele ondernemers wellicht bekend in de oren klinkt. Maar wat betekent deze term en op welke bedrijven en situaties is hij van toepassing? Wij zochten het voor u als ondernemer, even verder uit.

Wat betekent de term deelnemingsvrijstelling?

Met deelnemingsvrijstelling wordt vooral bedoeld dat een belasting die al eerder voldaan werd door een dochteraanneming die deel uitmaakt van een groter concern, niet meer betaald hoeft te worden door het hoofdbedrijf of moederconcern. De belasting waarvan sprake werd dan al eerder geheven op de winst die gemaakt werd door de dochtermaatschappij in kwestie. Zodoende kan het hoofdbedrijf genieten van de deelnemingsvrijstelling.

Wat wordt er precies bedoeld met de term deelneming?

Een ondernemer wordt volgens de Nederlandse Belastingdienst als deelnemer beschouwd wanneer:

• Hij of zij 5% of meer aandelen bezit van een Nederlands bedrijf dat aandelen uitgeeft.
• Lid is van een coöperatie
• 5% aandelen bezit van een bedrijf dat in de EU gevestigd is, en dat het land van vestiging van dit hoofdbedrijf een verdrag gesloten heeft met Nederland over het dubbel betalen van belasting.

Naast deze 5% regeling, bestaan er nog diverse vormen van deelneming die van naderbij beschreven worden op de site van de Nederlandse Belastingdienst. Wanneer u niet zeker bent of de term deelneming op u of op uw bedrijf van toepassing is, kunt u het best de officiële site van de Nederlandse Belastingdienst bezoeken. Daar vindt u wellicht meer informatie over de regeling die het best op uw situatie van toepassing is.

Het wettelijk kader voor de deelnemingsvrijstelling

We hebben in de vorige paragraaf in het kort uitgelegd wat  de term deelnemingsvrijstelling in de Nederlandse bedrijfswereld inhoudt. Maar waar komt de deelnemingsvrijstelling eigenlijk vandaan. Wanneer werd deze vorm van belastingvrijstelling ingevoerd?

De deelnemingsvrijstelling in Nederland

De deelnemingsvrijstelling is een fiscale constructie die in Nederland van kracht is vanaf 1969. Als dusdanig maakt de regeling deel uit van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en is deze terug te vinden in artikel 13 van voornoemde wet.

Voorbeelden van deelnemingsvrijstelling

Om een en ander aanschouwelijk te maken voor de lezer, geven we tot slot van dit artikel u nog enkele voorbeelden aan de hand van fictieve bedrijven:

Laten we het hoofdconcern ABC noemen. Dit moeder bedrijf bezit een dochterbedrijf onder de noemer van de BV DEF. Deze BV DEF is op haar beurt voor 25% aandeelhouder in de BV HIK. Deze laatste BV, HIK, betaalde belastingen over de door haar gemaakte winst, die ook het moederbedrijf ABC ten goede komt. In dit voorkomend geval, is er sprake van deelnemingsvrijstelling, want het bedrijf HIK heeft reeds belasting betaalt, en zodoende hoeft het hoofdconcern ABC dit niet langer te doen.